zaterdag 15 november 2025

Gestolen juwelen Louvre blijven spoorloos

In amper zeven minuten verdwenen acht keizerlijke schatten uit het Louvre – erfgoed dat Frankrijk nog altijd niet kan vervangen.


Acht keizerlijke schatten in zeven minuten

In nauwelijks zeven minuten tijd raakten het Louvre en met het museum heel Frankrijk acht onschatbare juwelen kwijt. Het ging niet om gewone sieraden, maar om relikwieën van koninklijke pracht. Van de mysterieuze set van koningin Hortense tot de fonkelende broches van keizerin Eugénie — elk stuk droeg een stukje Europese geschiedenis in zich.

De halsketting en oorbellen van Marie-Louise van Oostenrijk, de tweede vrouw van Napoleon Bonaparte, belichaamden pure keizerlijke weelde. Ze kreeg de set – met 38 smaragden en 1.146 diamanten in zilver en goud – als geschenk bij haar huwelijk en bij de geboorte van haar zoon. Na haar dood reisde het juweel via Toscane naar privéverzamelaars, tot de Amerikaanse erfgename Marjorie Merriweather Post het schonk aan het National Museum of Natural History in Washington. In 2004 kocht Frankrijk het stuk terug voor 3,7 miljoen euro.


De tiara en broches van keizerin Eugénie

Ook keizerin Eugénie, echtgenote van Napoleon III, wist hoe ze indruk moest maken. In 1853 ontwierp juwelier Lemonnier voor haar een tiara met 212 parels en bijna tweeduizend diamanten — samengesteld uit edelstenen die ooit toebehoorden aan keizerin Marie-Louise en hertogin Marie Thérèse. Na talloze eigenaarswissels vond het juweel in de jaren negentig opnieuw zijn weg naar het Louvre, voor ongeveer 470.000 euro.

Niet minder indrukwekkend was Eugénie’s beroemde strikbroche, de Grand Bodice Bow, gemaakt rond 1855 door François Kramer. Goud, zilver en roze diamanten vormden samen een statige strik met fonkelende kwasthangers – een pronkstuk dat de keizerin droeg op staatsrecepties en tijdens het bezoek van koningin Victoria. In 2008 bracht een veiling bij Christie’s in New York het juweel 9,7 miljoen euro op, waarna het dankzij een anonieme weldoener in het Louvre belandde.

Een tweede broche van Eugénie, ontworpen door Alfred Bapst, dateert eveneens uit 1855. Het fragiele sieraad telt 94 diamanten en diende vermoedelijk om een relikwie in te bewaren. De relikwie zelf is nooit gevonden; mogelijk kon de broche geopend worden om een stukje heilige stof in te voegen. Ook dit juweel werd in 2008 aangekocht voor 9,7 miljoen euro.


Het mysterie van koningin Hortense

Tot slot was er nog de parure van koningin Hortense en Marie-Amélie – een set van diamanten en saffieren die generaties lang doorgegeven werd binnen het huis Orléans. Ze sierde de halzen van koninginnen en hertoginnen, en bleef tot 1985 in familiebezit. Het Louvre sprak op zijn website van een “mysterieus mysterie” rond de herkomst. Wat wel zeker is: het museum verwierf de set voor 745.000 euro.

Acht juwelen, acht verhalen vol macht, geloof en liefde – en in één oogwenk verdwenen ze uit het hart van het Franse erfgoed. Het blijft een zaak waar het Louvre, en Frankrijk, tot vandaag geen sluitend antwoord op hebben.

Wat leeft bij de buren?

spot_img