Sarcasme zet mensen aan het denken door op een spottende manier het absurde of inconsequente in een situatie bloot te leggen. Zo prikt het door schijnheiligheid of gemakzucht heen en “wakkert het mee het maatschappelijk debat aan”. Dit is het enige doel van dit artikel!
En daar is-ie weer: de mooie kerststal van Martin op de agenda van de gemeenteraad. Elk jaar duikt hij op als een hardnekkige kerstherpes op het Heldenplein van Knokke-Heist. 18 bomen, 5000 lichtjes, een halve dierentuin in kunststof en een kindeke Jezus dat – zo fluistert men – al jaren een lichte burn-out heeft van de aandacht. Maar wie zou durven twijfelen aan dit fenomeen? Iedereen kent Martin. Hij is onze lokale Michelangelo van het piepschuim, de Rubens van de rendierverlichting. Eén man, één missie: Bethlehem naar onze gemeente brengen. Ik heb Martin echt graag als mens en een vat vol ideetjes.
En nee, dus voor alle duidelijkheid: het gemeentebestuur heeft de kerststal niet geplaatst in december, meer nog, het mag eigenlijk niet. God verhoede! Dat zou grondwettelijk problematisch zijn. Nee, het is een privépersoon Martin, gesteund door een gemeenteraadslid en oud schepen Philippe Vlietinck uit de oppositie die hierover donderdag op de gemeenteraad tussen kwam. Het is raar dat een jurist niet zou weten dat het grondwettelijk niet mag dat een gemeentebestuur een kerststal plaatst. Dus is alles prima? Toch? Philippe? Ik begrijp je vraag maar.
Spoiler: nee, een gemeentebestuur mag geen kerststal plaatsen.
Want hoewel de stal officieel een hobbyproject is van een bezielde zeventiger met een verlengkabelfetisj, staat hij pontificaal op openbaar domein. Met stille zegen van de politiek – of minstens met veelzeggend zwijgen. Dat is alsof een gemeenteraadslid je barbecue op het plein helpt opzetten en dan zegt: “Ja maar, het zijn z’n eigen worsten.” Intussen ruikt heel het plein naar religieuze symboliek en passief kerstgeloof.
Maar goed, volgens sommige lokale stemmen moet Knokke-Heist vooral “de traditie respecteren”. Traditie! Dat andere woord voor “we deden dit ook al toen gsm’s nog met een antenne kwamen of de kusttram door de Lippenslaan reed.” En ja, Martin verdient lof. Zestien jaar lang een stal bouwen terwijl je rug het begaf en de vrijwilligers het lieten afweten, is bewonderenswaardig. Maar lof is geen vergunning. En zeker geen vrijgeleide om de Grondwet even op pauze te zetten voor wat ossen en schapen.
De Grondwet zegt: gelijke behandeling. Geen staatsgodsdienst. Geen religieuze voorkeur op publiek domein. Ook niet met 18 kerstbomen. Ook niet als de cruiseschepen er even voor stoppen. Wat volgt anders? Een gesubsidieerde boeddhistische tempel op de dijk? Een reuzegrote humanistische sokkel met uitschuifbare morele pijlers op het nieuw aan te leggen Verweeplein?
Kortom: als je als gemeentebestuur religieuze symboliek toelaat op je plein, moet je àlle overtuigingen toelaten. Of geen enkele. En iedereen die ooit al een buurtvergadering heeft meegemaakt over “wie de plantenbakken in de Dumortierlaan mag beheren”, weet dat optie twee het enige werkbare alternatief is.
Wat Knokke-Heist nu nodig heeft, is geen kerststal. Het heeft nood aan heldere spelregels. Eerlijke neutraliteit. Gewoon glühwein, churro’s en een vegan hotdog voor de liefhebber. Inclusief voor iedereen.
Maar hé, het is tenslotte kerst binnen zo’n 240 dagen. Dus laten we dit debat met liefde proberen voeren. Liefst bij een gezellig lente vuurtje. Zonder kruisbeeld erboven. Amen.