Op 1 mei kleurde Brugge weer rood. Niet van de zon, maar van de slogans, de vlaggen en vooral: de mensen. Gewone mensen zoals jij en ik. Werknemers die elke dag vroeg opstaan. Mensen met dromen, zorgen en een loonbriefje dat soms te licht aanvoelt.
Onder begeleiding van een vrolijke harmonie trok de stoet door de binnenstad. Eindhalte? Het Astridpark. En daar begon het pas echt.

Eén familie, één boodschap
“Ik ben blij dat we hier allemaal samen zijn,” klonk het vanop het podium. Niet zomaar woorden. Want wat volgde, was een warme maar felle oproep tot solidariteit.
Er werd gepraat over pensioenleeftijden, openbare diensten, betaalbare zorg en eerlijke belastingen. Niet in dure woorden, maar in verhalen. Zoals dat van een grootvader die door goede zorg en een degelijk pensioen zijn kleinkind kon zien opgroeien. Herkenbaar? Vast wel.
Geen applaus, maar actie
Zorgverleners kregen een speciaal bedankje. Niet met bloemen, maar met beloftes: minder werkdruk, meer hulp en minder regeltjes. Want ja, applaus alleen helpt niet bij nachtshiften of breekt geen zorgzaamheid op.
En weet je wat? De speech was geen klaagzang. Integendeel. Het was een vurige uitleg waarom ‘Vooruit’ ervoor kiest om wél in de regering te zitten, zelfs als het lastig is. Want alleen wie meedoet, kan dingen veranderen.
Pensioenen en kindermaaltijden
Er werd niets verbloemd. Hervormingen zijn moeilijk, ook die rond pensioenen. Maar ze zijn nodig, werd er gezegd. En eerlijk moeten ze zijn. Wie op z’n 18e begint te werken, moet op z’n 60e kunnen stoppen.
Een lichtpuntje? “We hebben gezonde maaltijden op school binnengehaald,” werd er trots verteld. Een kleine stap tegen kinderarmoede. Maar wel eentje met impact.
En buiten Brugge?
Ook daar werd naar gekeken. Van Gaza tot Oekraïne. “We willen vrede, maar niet met bloemen alleen.” Veiligheid werd gekoppeld aan samenwerking met Europa en de NAVO. En ja, zelfs daar zat een duidelijke boodschap in: solidariteit stopt niet aan de grens.
En nu?
1 mei was in Brugge niet zomaar een vrije dag. Het was een dag waarop mensen samenkwamen. Jong, oud, met en zonder vlag. Allemaal met dezelfde wens: een samenleving waarin niemand vergeten wordt.
Wat denk jij? Moet politiek meer luisteren naar wie elke dag gewoon z’n best doet?